De Slak keek naar de twee vlinders en vroeg: "Vlinders, lieve vlinders, mag ik meespelen?"
De vlinders keken naar beneden, merkten de Slak op en streken neer op een bloem, vlakbij de Slak. "Natuurlijk", zeiden ze gelijktijdig. "Het is aan mij", zei de blauwe vlinder.
Hij keek even om zich heen en lachte toen geheimzinnig: "ik zie, ik zie wat jij niet ziet en het is...zacht".
"Zacht??", riep de andere vlinder? "Je moet een kleur noemen!"
"Euh...het is een beetje geel, een beetje groen en een beetje bruin", antwoordde de blauwe vlinder.
De Slak en de fluogele vlinder keken overal. De Slak draaide zijn hoofd en zijn voelsprieten zo goed mogelijk in het rond, zover als hij kon. De vlinder fladderde boven hem rond, dook terug omlaag, vloog om de boom heen en kwam weer terug. "Daar, dat rugzakje! Die bal? Dat haarspeldje? Die T-shirt?", riep hij.
Ook de Slak deed zijn best: "Deze bloem? Dit snoepje? Dit afgevallen blad?".
"Bijna!", riep de vlinder, "bijna, maar het is geen gemakkelijke, hoor!".
De Slak kroop verder. "Au!", riep hij ineens. Hij prikte zich aan een bolster, die zag wat geel, een beetje groen en een beetje bruin. "Au, wat een lelijke stekels!".
"Wat is er?" De gele vlinder kwam ook aangefladderd. "Heb je je pijn gedaan? Wat is dat?". Ze keken allebei naar de bolster die een beetje geel, een beetje groen en een beetje bruin zag, maar die helemaal niet zacht was. Toch niet langs buiten...
"Aha!", riep de blauwe vlinder. "Jullie hebben het gevonden!".
Nog voor de Slak iets kon zeggen, was hij al aan de beurt. "Maar dat is toch niet zacht?", probeerde hij nog.
"Niets is wat het lijkt, Slak", zei de blauwe vlinder nog tegen hem voor ze verder speelden. "Niets is wat het lijkt!"
- nog 14 dagen tot Kerstmis -