De adelaar was met de Slak op zijn rug op een rots neergestreken, naast een man, in het midden van een eiland. De Slak zag onmiddellijk dat de man een schrijver was. Hij had een pen vast en veel papier. Hij lachte naar de adelaar, knikte vriendelijk naar de Slak en nam de rol papier van de adelaar aan. "Dank je wel!", zei hij, "nu kan ik eindelijk opschrijven wat ik allemaal vertellen wil." De Slak was wel wat verlegen, maar hij was nog nieuwsgieriger."
Wat wil je dan allemaal vertellen?", vroeg hij. De schrijver glimlachte geheimzinnig. "Zoveel wil ik vertellen, Slak, ik heb zoveel meegemaakt en ik had zo'n goede, speciale vriend waarover ik maar niet kan en zeker niet wil zwijgen.Hij deed alles anders dan de anderen. Hij dacht over alles twee keer na, hij oordeelde niet zonder eerst te luisteren en hij ging nooit onmiddellijk akkoord. Hij dacht zélf na." De schrijver kon niet meer stoppen met praten. "En toch, lieve Slak, was hij altijd goed gezind. Hij leefde graag en wilde er het beste van maken. Hij wou hier op de aarde een mooie wereld voor iedereen: klein en groot, dik en dun, wit en zwart, mannen en vrouwen en dat op alle mogelijke manieren. Ik heb nooit iemand gekend die zo open, lief en eerlijk was, maar hij kon zijn mond niet houden. Hij bleef maar zeggen wat hij vond en daar kon niet iedereen mee lachen!"
De man zweeg en keek in de verte over de zee.
"En toen?", vroeg de Slak.
"Toen hebben ze hem vermoord."
"Wat????", riep de Slak, "Nééé!? Dat mag toch niet?"
"Nee", zei de man, "maar hij zal nooit helemaal doodgaan, want over die vriend wil ik schrijven, Slak," zei hij toen dromerig. "Ik wil dat iedereen hem leert kennen opdat niemand hem ooit zal vergeten."En hij nam zijn pen en papier en begon te schrijven.
- nog drie dagen voor Kerstmis -